In Lyon waarschuwt Mpetshi Perricard het publiek: "Als ik ook maar één 'Bublik' hoor, verlaat ik deze stad".

Giovanni Mpetshi Perricard maakt een indrukwekkend seizoen door in 2024. Hij stond in januari nog 205e op de wereldranglijst en bereidt zich voor om maandag door te breken in de top 100 met een minimale ranking van 94e. Hij won dit jaar al drie Challenger-toernooien (Nottingham, Morelos, Acapulco) en blijft zich ontwikkelen. Nu hij terug is op Franse bodem, boekt hij een reeks goede resultaten. Vorige week was hij kwartfinalist in Bordeaux en hij maakte optimaal gebruik van zijn tijd in Lyon om te schitteren. Nadat hij Sonego had verslagen in de eerste ronde, profiteerde hij van de terugtrekking van Nishioka voordat hij Gaston versloeg in de kwartfinale (6-4, 4-6, 6-3).

Toen hem werd gevraagd naar zijn doorbraak in de top 100, was de Fransman terughoudend: "Ik denk dat ik in de top 100 sta. Ik weet het niet eens. Ik heb het niet eens uitgerekend. Ik geef niet echt om de ranglijsten. [Het is een podium. Het is geen doel voor mij. Nee, mijn doel was, zoals ik al zei, om een ATP-toernooi te winnen, een 500, een 250, een 1000. Maar ja, het is slechts een van de vele stappen."

Nu hij zich heeft gekwalificeerd voor zijn eerste halve finale op het hoofdcircuit, wil de 2m03-speler hogerop dromen. Op uitnodiging van de organisatoren is hij de laatste Franse vertegenwoordiger en hij is nu het middelpunt van de hoop van het publiek in Lyon. Nu het toernooi zijn laatste jaar ingaat, zou dat een geweldig verhaal zijn. Maar voordat hij de trofee in ontvangst kan nemen, moet hij wel een huzarenstukje uithalen, want in de volgende ronde wacht de nummer 19 van de wereld op hem: Alexander Bublik.

Mpetshi Perricard is zich bewust van de uitdaging die hem te wachten staat en hoopt zeker te profiteren van de tekortkomingen van de Kazach op klei, maar ook en vooral van de steun van het publiek. Met een glimlach waarschuwde hij het publiek: "Het voelt zeker goed om het publiek achter je te hebben! Maar niet iedereen stond achter me vandaag (tegen Hugo Gaston in de kwartfinale). Nou, ik hoop dat jullie morgen (tegen Bublik) allemaal voor me zijn! Als ik één 'Bublik' hoor, verlaat ik deze stad (lacht).